7. Verloren levensjaren (2021)

De som van alle verloren levensjaren bij mensen die in 2021 overleden voor de leeftijd van 75 jaar (vroegtijdig overlijden) is bij mannen 1,6 maal groter dan bij vrouwen nl. 116,2 versus 70,3 per 1.000 persoonsjaren.

Het grote verschil in levensverwachting tussen mannen en vrouwen is vooral toe te schrijven aan longkanker, suïcide en ischemische hartziekten (IHZ) en in 2020 en 2021 ook aan covid-19.

Van het totale aantal verloren levensjaren (alle leeftijden) is het aandeel van vroegtijdig ( 75 jaar) overlijden bij mannen groter dan bij vrouwen:

• 66% van het totale aantal verloren levensjaren bij mannen van alle leeftijden is door een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar;
• 54% van het totale aantal verloren levensjaren bij vrouwen van alle leeftijden is door een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar.
• Voor covid-19 is het aandeel van vroegtijdig overlijden ( 75 jaar) in 2021 lager, en ook hoger bij mannen (54%) dan bij vrouwen (46%). Het verschil tussen mannen en vrouwen is wel minder groot dan in 2020.