Vlaamse Regering keurt het besluit 'Innoverende zorginfrastructuur' goed

Op 16 mei 2025 keurde de Vlaamse Regering het zogenaamde besluit 'Innoverende zorginfrastructuur' definitief goed. Dit besluit is een wijziging van het 'besluit van de Vlaamse Regering van 19 april 2019 houdende het faciliteren van multifunctionele infrastructuur' om naast multifunctionele ook de realisatie van innoverende zorginfrastructuur eenvoudiger mogelijk te maken.

Het doel van dit besluit is om de realisatie van zorggebouwen die een innoverend, intersectoraal en geïntegreerd project huisvesten, eenvoudiger mogelijk te maken.

'Een zorginfrastructuurproject dat inspeelt op maatschappelijke veranderingen met innoverende en geïntegreerde zorgconcepten en dat past in het beleid van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin’

De minister kan nog voorwaarden bepalen waaraan zorginfrastructuur moet voldoen om als innoverend beoordeeld te worden.

Het besluit bevat enkele faciliteiten die de realisatie van innoverende zorginfrastructuur eenvoudiger mogelijk moet maken:

• Afgestemde normen, oppervlaktes en basisbedragen
  Over sectoren heen is er 1 basisset aan bouwtechnische normen ontwikkeld, een afgestemde maximaal subsidiabele oppervlakte en afgestemde basisbedragen voor de berekening van de VIPA-subsidies in functie van residentiële, dagopvang- en ambulante voorzieningen. Op die manier moet bij de beoordeling van innoverende projecten slechts met 1 set aan normen en voorwaarden rekening worden gehouden i.p.v. dat een beroep moet worden gedaan op de verschillende bestaande sectorale normen die mogelijk niet 100% overeenkomen met de noden van de innoverende zorginfrastructuur.
  Voorbeeld: een innoverend residentieel project dat zorgvormen uit 3 sectoren verenigt in 1 gebouw, wordt beoordeeld aan de hand van 1 set aan bouwtechnische normen in plaats van aan 3 sectorale sets.
• 1 VIPA-procedure
  De mogelijkheid voor de minister om een VIPA-aanvraag voor een project innoverende zorginfrastructuur (met zorgvormen uit verschillende sectoren en verschillende VIPA-procedures) te laten verlopen via 1 VIPA-procedure
  Voorbeeld: als er 2 voorzieningsvormen, waarvan de ene volgens de klassieke VIPA-procedure verloopt en de andere volgens een forfaitaire VIPA-procedure, een innoverende zorginfrastructuur willen realiseren, kunnen ze voor beide voorzieningsvormen volgens de klassieke VIPA-procedure verlopen.

De minister kan, op advies van de commissie multifunctionele infrastructuur:

• afwijken van infrastructuurnormen, zowel binnen de VIPA-regelgeving als de erkenningsregelgeving

• afwijken van de sectoroverschrijdende bouwtechnische en -fysische normen, maximaal subsidiabele oppervlakte en basisbedragen voor de subsidieberekening
  De afwijking van de maximale subsidiabele oppervlakte kan als de erkennings- en exploitatievoorwaarden, de kleinschaligheid of de bijzonderheid van de doelgroep een meeroppervlakte vereisen om een efficiënte werking te garanderen.

  De afwijking van basisbedragen van de investeringssubsidie kan met als maximum het basisbedrag dat voor deze doelgroep of voorzieningstype opgenomen is in het besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de investeringssubsidies en de bouwtechnische en bouwfysische normen voor de sector van het betreffende voorzieningstype. 

• bijkomende voorwaarden opleggen bovenop de sectoroverschrijdende bouwtechnische en bouwfysische normen in functie van de doelgroep 
  Voorbeeld: strengere toegankelijkheidsvoorwaarden als de doelgroep volledig rolstoelafhankelijk is, ...

Voor een volledig overzicht vindt u hier:

• Besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2025 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 april 2019 houdende het faciliteren van een multifunctionele of innoverende infrastructuur van voorzieningen van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en tot wijziging van sectorale regelgeving, wat betreft infrastructuurnormen
• Nota Vlaamse regering voor dit besluitpdf bestand477.9kb