Inspectie in centra voor Tele-Onthaal
Wat is Tele-Onthaal?
In elke Vlaamse provincie is er een centrum voor Tele-Onthaal. De vrijwilligers van Tele-Onthaal zijn 24/7 beschikbaar op het nummer 106 of via chat op www.tele-onthaal.be. Iedereen kan er anoniem terecht met kleine en grote zorgen.
Wat inspecteert Zorginspectie?
Zorginspectie gaat na of de kwaliteit van de zorg bij de centra voor Tele-Onthaal overeenkomt met wat de wetgeving en geformaliseerde afspraken voorschrijven. Meer algemene informatie over inspecteren vindt u op de pagina van Zorginspectie.
Zorginspectie is niet bevoegd om (de kwaliteit van) het individuele medische en therapeutische handelen te beoordelen. De focus van Zorginspectie ligt op de organisatie van de zorg en de maatregelen die de voorziening en haar medewerkers nemen om de kwaliteit van de zorg en de veiligheid van de zorggebruikers zo goed mogelijk te garanderen.
Hoe inspecteert Zorginspectie?
Zorginspectie wil de dagelijkse zorgpraktijk in de centra voor Tele-Onthaal inspecteren.
Bij haar inspecties in de centra voor Tele-Onthaal hanteert Zorginspectie verschillende methodieken zoals:
- observaties
- inzage van documenten (o.a. dossiers van zorggebruikers)
- gesprekken met zorggebruikers en/of familieleden
- gesprekken met medewerkers en/of verantwoordelijken
Dossierinzage vormt een essentieel deel van de inspectiemethodiek, omdat we heel wat onderwerpen alleen op die manier kunnen objectiveren. Uit respect voor de bescherming van de privacy van de zorggebruiker engageert Zorginspectie zich uitdrukkelijk om zorgvuldig om te gaan met het controleren van gegevens in dossiers van zorggebruikers.
Soorten inspecties
Inspectie met focus op de inhoudelijke werking
De werking van het centrum gaan we na door directieleden, medewerkers en vrijwilligers te bevragen en door de infrastructuur te bekijken.
Er wordt toelichting gevraagd bij de wijze waarop het centrum georganiseerd is en bij de kwaliteit van de hulpverlening. Aan de hand van een steekproef van gespreksverslagen wordt een algemeen beeld gevormd. Dat gebeurt altijd met respect voor de privacy van de zorggebruiker.
Inspectie bij wijziging van erkenning of aanpassing van de regelgeving
Deze inspecties vinden (meestal) aangekondigd plaats en duren een volledige dag.
Klachtinspecties
Klachten over de centra voor Tele-Onthaal kunnen worden gemeld bij de afdeling Eerste Lijn en Gespecialiseerde Zorg van het Departement Zorg. Als het nodig is kan Zorginspectie een inspectie ter plaatse uitvoeren.
Wat leest u in het verslag?
Het inspectieverslag van de centra voor Tele-Onthaal bevat de vaststellingen van het inspectiebezoek. Het verslag heeft volgende doelen:
- Vaststellingen schriftelijk weergeven
Het verslag beschrijft de vaststellingen van de inspecteur. Bijvoorbeeld: voldoet de voorziening aan de geïnspecteerde regelgeving? - De voorziening informeren
Het inspectieverslag informeert de voorziening en de inrichtende macht schriftelijk over de vaststellingen van Zorginspectie. - Rapporteren aan de inhoudelijk bevoegde entiteit: de afdeling Eerste Lijn en Gespecialiseerde Zorg van het Departement Zorg
- Burgers informeren
Iedere burger kan een definitief inspectieverslag opvragen via het invulformulier op de website van Zorginspectie of door een schriftelijke vraag te richten aan Zorginspectie, Koning Albert II-laan 15, bus 497, 1210 Brussel. - Knelpunten signaleren
Inspecties leggen tekortkomingen, leemten en/of gebreken in de regelgeving bloot. Door die te signaleren kunnen de entiteiten van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin verbeteracties ondernemen.
Zorginspectie moedigt voorzieningen aan om open te communiceren over haar vaststellingen.
Voor alle vragen over de inspecties kunt u contact opnemen met contact.zorginspectie@vlaanderen.be
Wat na de inspectie?
Na een inspectiebezoek ontvangen de voorziening en de inrichtende macht het ontwerpverslag met de vaststellingen van de inspectie.
- Reactiemogelijkheid
De voorziening krijgt 14 kalenderdagen de tijd om schriftelijk te reageren. Het inspectieverslag wordt pas definitief nadat de geïnspecteerde de kans heeft gekregen om te reageren op eventuele onjuistheden in het verslag. Denk aan feitelijke vergissingen, onduidelijk omschreven vaststellingen of foutieve contactgegevens. - Beslissing door de inspecteur
De inspecteur beoordeelt de reactie en beslist of het ontwerpverslag al dan niet wordt aangepast. Als er geen reactie wordt ingediend of als de reactie niet tot wijzigingen leidt, wordt het ontwerpverslag automatisch het definitieve verslag. - De bevoegde entiteit informeren
Na elke inspectie deelt Zorginspectie haar vaststellingen en eventuele reacties met de bevoegde entiteit van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin (voor de centra voor Tele-Onthaal is dat de afdeling Eerste Lijn en Gespecialiseerde Zorg van het Departement Zorg. Die entiteit volgt de vaststellingen uit het inspectieverslag op en beslist over de verdere erkenning, vergunning of toekenning van subsidies en beslist of er gevolgen zijn voor de verdere erkenning, vergunning of toekenning van subsidies. Het feit dat inspectie en handhaving gescheiden zijn, noemen we functiescheiding.
Beleidsrapporten
- Ondersteuning van het beleid
Zorginspectie rapporteert niet alleen over individuele voorzieningen, maar neemt ook de taak op zich om, op basis van de inspectievaststellingen, een beeld te schetsen van een sector of een bepaalde problematiek. - Informatie voor de burger
Zorginspectie wil de burger informeren over haar vaststellingen bij inspecties in Vlaamse zorgvoorzieningen. Op die manier levert Zorginspectie een bijdrage aan transparantie over de kwaliteit van de zorg in die voorzieningen.
- Sector(en)
- Welzijnsvoorzieningen