Kwaliteit

De 5 opdrachten van Zorginspectie

In samenwerking met de onderzoeksgroep Politics & Public Governance van de Universiteit Antwerpen ontwikkelde Zorginspectie een visie op de toekomstige aanpak van inspectie: Zorginspectie 3.0 – Een blauwdruk voor zicht op zorg en ondersteuning in Vlaanderen en de rol van Zorginspectie.

Met ‘zicht op zorg’ benadrukt Zorginspectie dat ze via haar inspectievaststellingen een zicht wil krijgen op de kwaliteit van de zorg binnen alle sectoren van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. Zorginspectie toetst de kwaliteit van de verleende zorg met een focus op de dagelijkse praktijk en op datgene waarmee de zorggebruiker het best geholpen is. Op basis van de veranderende rol van de overheid en nieuwe verwachtingen vanuit de samenleving worden in de blauwdruk 5 opdrachten voor Zorginspectie gedestilleerd:

Controlerende opdracht

Dit is de kerntaak van Zorginspectie. Inspectie is daarbij geen doel op zich, maar een middel om de kwaliteit van de zorg en ondersteuning te bevorderen en de rechtmatige besteding van middelen te waarborgen. Kenmerkend voor inspectie is het aftoetsen aan de feitelijke realiteit. Zorginspectie verifieert en/of evalueert aan de hand van vaststellingen het concrete functioneren van een voorziening en/of sector. Bij de invulling van deze opdracht houdt Zorginspectie volgende doelstellingen voor ogen:

  • De kwaliteit van de zorg en ondersteuning in de praktijk en de rechtmatige besteding van middelen als sturend uitgangspunt voor het toezicht
    De kwaliteit waaraan de zorg en ondersteuning moeten voldoen, wordt vastgelegd in regelgeving en geformaliseerde afspraken (zoals inhoudelijke verwachtingskaders, multidisciplinaire richtlijnen…). Die vormen voor Zorginspectie de uitgangspunten voor haar toezicht. Naast toezicht op de zorgpraktijk houdt Zorginspectie ook toezicht op de correcte besteding van de overheidsmiddelen en de financiële gezondheid van de gesubsidieerde voorzieningen.
  • Risicogestuurd toezicht
    Zorginspectie kiest ervoor om haar middelen in te zetten waar ze het meest verschil kan maken en wil vooral daar aanwezig zijn waar de grootste risico’s op een verminderde kwaliteit van de zorg bestaan.
  • Naar een transparante Zorginspectie, zowel qua werking als inspectieresultaten
    Zorginspectie streeft naar transparantie, waarbij openheid over haar inspectieprocessen en toegankelijkheid van haar inspectievaststellingen sleutelbegrippen zijn. Zorginspectie wil niet alleen zorgen voor openheid over het toezichtkader en -instrumentarium, maar houdt zich aan maximale transparantie over het geheel van haar handelen.

Beleidsondersteunende opdracht

Zorginspectie adviseert het beleid aan de hand van sectorspecifieke en intersectorale beleidsrapporten. Bij nieuwe regelgeving wordt het oordeel van Zorginspectie over de inspecteerbaarheid mee in overweging genomen.

Schakel in de handhavingsketen

Zorginspectie oefent niet alle kernactiviteiten van het toezicht uit, maar deelt die met de functioneel bevoegde entiteiten van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. Die functionele entiteiten kunnen (via administratief toezicht) toezien op de naleving en zijn als enige bevoegd om maatregelen te koppelen aan inbreuken.

Dat alles illustreert dat zowel Zorginspectie als de functionele entiteiten schakels zijn in de handhavingsketen (ofwel het hele traject vanaf het ontstaan van normen tot en met het beëindigen van overtredingen). Om een doeltreffende handhaving te verzekeren als uiteindelijke sluitstuk van de keten, is een afstemming tussen Zorginspectie en de functionele entiteiten cruciaal. Zorginspectie neemt daarom actief deel aan het ketenoverleg, een structureel overleg met de functionele entiteiten.

Opdracht in de regie van het toezichtlandschap

Overheidsinspectie is een instrument om toezicht uit te oefenen op de naleving van wetgeving en geformaliseerde afspraken, met als doel de kwaliteit van de zorg te garanderen. Naast inspectie bestaan er binnen het ruime toezichtlandschap ook andere mechanismen om de kwaliteit van de zorg te borgen. De bevoegde entiteiten zien (via administratief toezicht) toe op de naleving van regelgeving en geformaliseerde afspraken. In een beperkt aantal sectoren houden ook private toezichthouders toezicht via accreditering en certificering.

Een goede afstemming tussen alle actoren binnen het toezichtlandschap is van cruciaal belang om overlappingen en/of lacunes bij het toezicht te vermijden en middelen efficiënt in te zetten.

Informerende opdracht

Zorginspectie informeert de voorzieningen over het ‘wat, waarom en hoe’ van een inspectiebezoek. Dat doet zij door maximaal transparant te zijn over haar werkwijzen en de afspraken die zij hanteert. Zelfevaluatie-instrumenten en verslagsjablonen zijn online beschikbaar om de voorzieningen zoveel mogelijk te informeren over de beoordeling en verslaggeving.

Om haar onafhankelijkheid te bewaken, adviseert Zorginspectie niet hoe voorzieningen kunnen remediëren. Voor coaching en advies kunnen de voorzieningen terecht bij de functionele entiteiten en/of diverse privé-initiatieven.

De krijtlijnen van het oprichtingsbesluit

De opdrachten van Zorginspectie 3.0 worden juridisch onderbouwd door het oprichtingsbesluit van het Departement Zorg, waarin Zorginspectie de taak krijgt om toezicht te houden op de toepassing van de geldende regelgeving met betrekking tot het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.

De kernopdrachten van Zorginspectie zijn:

  • het concrete functioneren van voorzieningen controleren, toetsen, checken en vaststellen om de conformiteit met de regelgeving en geformaliseerde afspraken te controleren
  • rapporteren en advies verlenen aan afdelingen van het Departement Zorg en agentschappen van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
  • advies verlenen over de conformiteit aan de voorzieningen die het departement inspecteert of aan begunstigden
  • beleidsrelevante informatie signaleren aan afdelingen van het departement en aan de agentschappen van het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin

Zo wil Zorginspectie een bijdrage leveren aan:

  • de verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening van de voorzieningen
  • de rechtmatige besteding van overheidsmiddelen
  • een optimale beleidsvoorbereiding en -evaluatie
Sector(en)
Armoede-organisaties
Eerste lijn
Geestelijke Gezondheidszorg
Gehandicaptenzorg
Jeugdhulp
Kinderopvang
Residentiële ouderenzorg
Revalidatie
Thuiszorg
Vrijwilligerswerk
Welzijnsvoorzieningen
Werk-Zorg
Woonzorg
Ziekenhuizen